
Surinaamse politici hebben zeldzaam veel moeite met ontwerpen en toepassen van wetten die alle burgers van dat land beschermen. Hun wetgevingsreflex is meer gericht op de bevrediging van hun particuliere behoeften en bescherming van hun eigen posities en private belangen, en minder op de behoeften en de belangen van de burgers en de samenleving. In mijn boek ‘Schaduwnatie. Een essay over de onvolkomen dekolonisatie van Suriname’, Warner Press, september 2021, leg ik een relatie tussen dit gedrag en het gedrag van de Nederlandse koloniale heersers. Niet helemaal natuurlijk, want Suriname is nu onafhankelijk en Surinaamse politici hebben de eigen beroepsverantwoordelijkheid zich in te spannen het voor hun samenleving beter te doen. Helaas komt daar nog weinig van terecht.
Neem nu het geval van het wetsvoorstel voor grondconversie. Het voorstel is te komen tot een wet die burgers en ondernemers, die voor hun grondbehoeftige activiteiten zoals landbouw en veeteelt van de overheid grond huren (grondhuur), de mogelijkheid biedt de huurgrond door koop om te zetten (de conversie) in eigendomsgrond. De behandeling van het voorstel in DNA, De Nationale Assemblée, het Surinaams parlement, zou vorige week plaatsvinden. Dat ging niet door omdat de vergadering het voor de behandeling vereiste quorum niet had. Kennelijk is er haast bij, want de initiatiefnemer stelde voor dat de president gebruik maakte van zijn executieve bevoegdheid en een presidentieel besluit neemt voor behandeling. Sinds toen van de president taal noch teken over deze lompe parlementaire by pass. De initiatiefnemer bepleitte in alle media zijn zaak met een opsomming van gelegenheidsargumenten. Hij is niet alleen voor zichzelf bezig. We mogen ervan uitgaan dat er meer mensen zijn die belang hebben bij een spoedige aanname van het voorstel en het slaan van de wet. In wezen fungeert de initiatiefnemer als katvanger. Zo gaat dat.
De initiatiefnemer van het voorstel is medeopsteller, pleitbezorger en parlementariër. Hij is lid van de VHP, de politieke partij van de president die tevens partijvoorzitter is. Deze parlementariër heeft direct belang bij aanname van het wetsvoorstel omdat hij minstens 60 hectare grondhuur ter beschikking heeft. In het parlement en zijn partij is er niemand die wijst op het grote belangenconflict in de zaak. De parlementariër maakt er geen geheim van dat wanneer de grond zijn eigendom is, hij deze zal verkavelen en de kavels tegen ‘marktprijzen’ zal verkopen. Met deze werkwijze wordt de parlementariër zonder al te veel inspanning ook grootgrondbezitter en Euro-miljonair. In Suriname worden grond en onroerend goed verhandeld in Euro, niet in de lokale munteenheid. Deze handelwijze mag sinds een paar jaar niet, maar niemand die zich dat aantrekt. Ook maakt de handelwijze grondbezit, bouwen en wonen, onbetaalbaar voor starters op de woningmarkt en de middeninkomens met loon in Surinaamse dollar (verpleegkundige, leraar, politie-agent, etc.) Feitelijk is de handelwijze antisociaal – gezien vanuit de bestrijding van armoede, de bevordering van gezondheid & welzijn en de ontwikkeling van sterke gemeenschappen.
Maar er is nog meer dat een relatie heeft met het wetsvoorstel en dat een hogere prioriteit heeft dan de grondconversie maar nog niet is geregeld. Aanname van het voorstel zonder dat onderstaande onderwerpen goed zijn behandeld of op de rails gezet, zal bij de uitvoering van de grondconversie grotere problemen geven dan er nu al zijn.
- Nog niet afgewikkelde kwesties over grondenrechten van Inheemsen en Marrons die betrekking hebben op hun woon- en leefgebieden en hun natuurlijke hulpbronnen. Vóór er sprake kan zijn van grondconversie moeten eerst de fysieke grenzen worden vastgesteld waarbinnen de conversie kan worden toegepast. Het is bekend dat delen van Inheemse gronden in grondhuur als concessie voor houtkap of goudwinning zijn uitgegeven aan derden.
- Nog geen wetten of regelgeving die het gedrag van burgers en ondernemers in de publieke ruimte en hun omgang met het land kaderen en reguleren. Denk aan nieuwe wetten en beleid voor de openbare volksgezondheid, openbaar verkeer, milieu & beheer van de fysieke openbare ruimte. Nu kan iedereen op haar/zijn perceel doen en laten wat die wil. Dus kan in een woonwijk een tijdelijke gedoogsituatie (grondhuur), omslaan in een permanente situatie (denk bijvoorbeeld aan de vestiging van een bedrijf voor houtbewerking of goudbewerking naast een school.
- Ontbreken van beleid en bestemmingsplannen bemoeilijkt planning van huurgrond voor sociale woningbouw en stedelijke en urbane uitbreiding met nutsvoorzieningen (gezondheidscentra, wijkgebouwen, scholen, kinderopvang, voorzieningen voor sport en spelen, ruimten voor religieuze ontmoetingen, etc.).
Vooralsnog is niet duidelijk welk voordeel de grondconversie heeft voor overheid en samenleving als geheel en welke te verwachten effecten, omdat de insteek van de conversie gericht is op het individu en niet op de samenleving. Toen bekend werd dat er geen quorum was voor de behandeling, stelde de betrokken parlementariër voor dat de president zijn executieve bevoegdheid gebruikt en met een presidentieel besluit het voorstel aanneemt. Tot nu van de president taal noch teken vernomen over deze lompe by-pass .
Wat wel duidelijk is, is dat de Inheemsen deze keer hun rechten opeisen. Zoals Surinaamse politici hen in het proces van de grondconversie bejegenen roept bij hen herinneringen op aan de roof van de gronden van hun voorvaderen.
Op 2 december 2021 boden de gezamenlijke Inheemse volken van Suriname, via de Nederlandse ambassadeur, een petitie aan de Nederlandse Regering. In de petitie refereren ze aan het verdrag van 1686 waarin gouverneur van Aerssen Sommelsdijck, de vertegenwoordiger van het Nederlands bestuur ‘de vrede tekende met de Indiaanen”. Dit verdrag – dat nog van kracht is – erkent de soevereiniteit van de Inheemse volken, verdeelt en bepaalt de gebieden voor stichten van plantages en de leefgebieden van Inheemsen. In het proces naar de onafhankelijkheid van 1975 – een proces waar de Inheemse volken niet werden betrokken – zijn geen waarborgen voor naleving van het verdrag na 1975. De manier waarop de Surinaamse overheid sinds de onafhankelijkheid met de grondenrechten van de Inheemse volken omgaat leidde ertoe dat anno 2022 hun uitsterving spiritueel én fysiek een realistische dreiging is. In de petitie stellen de Inheemse volken van Suriname aan de Nederlandse regering eisen die allen verband hebben met het verdrag van 1686.
Het is geen geheim dat Surinaamse politici en politieke leiders – op corruptieve wijze – eigenaren werden van grote landarealen, veel en grote concessies verwierven voor houtkap en de winning van bodemschatten, medeaandeelhouders zijn in handelskartels die sponsors zijn van hun politieke partijen. Ze hebben het met deze zaken drukker dan met werken voor en dienen van de bevolking. (pagina 53, ‘Schaduwnatie”